Wat wil jij eigenlijk leren? Jouw leerdoelen moeten realistisch en voor jou relevant zijn.
Om tot relevante leerdoelen te komen kan je het volgende jezelf afvragen:
Wat wil je kunnen (maken), dat je nu nog niet kan?
Zijn er bedrijven die hier iets mee doen, of die dit aanbieden aan hun klanten?
Nee? Bedenk iets anders om te leren.
Ja? Met welke software is dat allemaal mogelijk?
Je leerdoelen moeten ook realistisch zijn. Deze moeten niet te simpel/klein zijn zodat je heel snel klaar bent, maar ook niet te groot zodat er geen einde aan komt.
Voorbeeld voor een te groot leerdoel: "Ik wil een character kunnen ontwerpen, modelen, texturen, riggen en deze animeren voor een videoclip"
Voorbeeld voor een te simpel/klein leerdoel: "Ik wil leren hoe riggen werkt"
Maak jouw leerdoelen concreet en deel deze indien nodig op.
Voorbeeld: "Ik wil leren hoe ik een character rig maak", "Ik wil Inverse Kinematics leren", "Ik wil leren hoe ik een character-rig moet skinnen", "Ik wil animatiekeys kunnen toepassen, en een simpele character animatie kunnen maken".
Als je deze hebt geformuleerd, bespreek dan je eigen leerdoelen met je docent.
Je leerdoelen moeten haalbaar zijn
Registreer deze stap in je learning journal.
Jij hebt bij stap 1 al je leerdoelen bepaald. Welke software is hier het meest geschikt voor?
Onderzoek wat voor verschillende software er is en maak een zorgvuldige analyse van de voor jou relevante software.
Onderbouw je keuze door middel van goede argumenten in een motivatie.
Bijvoorbeeld:
Welke software wordt in de industrie het meest gebruikt?
Welke software dient het beste mijn doel?
Voor welke software is genoeg tutorial/bron materiaal te vinden?
De software die jij kiest moet genoeg mogelijkheden bieden voor jouw carriere.
Registreer deze stap in je learning journal.
Waar vind jij al deze informatie over jouw gekozen software? Onderzoek waar je deze informatie kan vinden en maak een lijst met de bronnen die jij wil/kan gebruiken. Dit kunnen tutorial-video's, online-trainingen, boeken of cursssen zijn.
Zoek bronnen voor je onderzoek.
Maak een verantwoorde afweging voor het opdelen van de verschillende inhoudelijke onderdelen.
Formuleer relevante leervragen
Hiermee bedoelen we dat je gericht op zoek gaat naar dat wat jij wilt uitzoeken. Je kan zoeken naar video's zoals "Hoe werkt Z-Brush", maar dan orienteer je je te breed.
Deel deze vragen op naarmate de informatie die jij nodig hebt, bijvoorbeeld:
Wat is de basisinterface van ZBrush?
Hoe navigeer je in de 3D-ruimte?
Wat zijn de belangrijkste gereedschappen en brushes?
Hoe gebruik je Dynamesh en andere mesh-tools?
Hoe werk je met lagen en subtools?
Hoe pas je materialen en texturen toe?
Hoe exporteer je je werk?
Registreer deze stap in je learning journal.
Hoe ga je beginnen? Zorg eerst dat je een idee hebt wat je stappen zijn en gebruik hiervoor een planning/todo lijst.
Maak een realistische tijdsplanning voor je eigen leertraject
Pak je bronnen erbij, maak een keuze welke je gaat gebruiken en ga je verdiepen in de software.
Probeer hierbij verschillende dingen uit;
Zet je proactief in bij het volgen van instructie.
Maak kleine voorbeeldjes (testjes)
Probeer zelf dingen uit, ga spelen met de software.
Keer zo nu en dan terug naar je onderzoeksvragen.
Registreer alle stappen in je learning journal.
Wat ga jij maken als je deze nieuwe kennis hebt? Leg vast wat je wilt gaan maken en wat je daarvoor nodig hebt. Denk hierbij aan de hoeveelheid tijd, of je alle technieken begrijpt die voor jouw project nodig zijn en welke middelen je nodig hebt.
Omschrijf wat jij wilt gaan maken en bespreek dit met je docent.
Registreer alle stapjes in je learning journal.
Het kan zijn dat je terwijl je met je project bezig bent, nog steeds je bronnen raadpleegt omdat je tegen een probleem aanloopt. Dit hoort er helemaal bij!
Ben je klaar? Bespreek met je docent hoe jij nog verder kan verdiepen in je software. Als er nog veel tijd over is dan kan je je project groter maken of een nieuw project definiëren.
Je hebt natuurlijk jouw learning journal bijgehouden tijdens je onderzoek. Gebruik dit als referentie voor jouw eindpresentatie. In de presentatie moeten de volgende onderdelen aan bod komen:
Je vertelt wat voor jou relevante software is, en waarom.
Gebruik argumenten die overtuigend zijn om jouw softwarekeuze te verantwoorden. Je keuze is logisch voor de arbeidsmarkt waar jij op richt.
Je legt nauwkeurig en helder uit wat je hebt onderzocht om tot je keuze te komen.
Wat zijn je leerdoelen, en waarom.
Je laat je tijdsplanning voor het leertraject zien.
Je laat je onderzoeksvragen zien legt uit waarom dit relevant is voor jouw onderzoek
Je laat zien hoe je plan was om dit aan te pakken,
Welke bronnen je hiervoor gebruikt hebt,
Welke stappen je hiervoor genomen hebt.
Je omschrijft het leerproces,
Wat ging er goed,
Wat ging er minder goed?
Je reflecteert op de complexiteit van je onderzoek.
Was het moeilijker of makkelijker dan je had verwacht?
Wat heb je geleerd?
Je laat zien wat je gemaakt hebt met je nieuwe software-vaardigheden in een eigen mini-showcase.
Je vergelijkt je vooraf gestelde doelen met je mini-showcase.
Wanneer deze van elkaar afwijken, dan legt je uit waarom dit onvermijdelijk was, of slimmer vanwege nieuwe inzichten.
Beoordelingscriteria voor presentatie-examen:
De kandidaat kan op basis van onderzoek vertellen wat voor hem relevante software is.
De kandidaat kan zijn softwarekeuze onderbouwen met goede argumenten.
De kandidaat kan nauwkeurig en helder uitleggen wat hij heeft onderzocht om tot een keuze te komen
De kandidaat kan haalbare leerdoelen formuleren.
De kandidaat kan een realistisch tijdsplanning voor het leertraject maken.
De kandidaat formuleert relevante leervragen
De kandidaat kan zich doelgericht verdiepen of verbreden in software.
De kandidaat kan zich onderzoekend verdiepen of verbreden in software.
De kandidaat zet zich proactief in bij het volgen van instructie.
De kandidaat heeft een mini-showcase gemaakt met nieuw aangeleerde software-vaardigheden.
Onderdelen waarmee de student kan excelleren:
De kandidaat onderscheid zichzelf in de (technische) uitvoering van de mini-showcase
De kandidaat onderscheid zichzelf door middel van een hele goede overtuigende presentatie.
Toelichting:
De laatste twee beoordelingspunten zijn punten die gebruikt kunnen worden voor een excellerende presentatie of eindresultaat.